Sjef, we gaan het over jouw bedrijf hebben, en over de varkenshouderij in z'n algemeenheid. Ook over de maatschappelijke discussies die daarover lopen.
Maar eerst toch even iets anders. Wat is er in oktober precies met je gebeurd? En vooral: hoe gaat het nu met je?
Het gaat nu gelukkig weer goed. Ik ben nog met het herstel bezig en dat verloopt volgens de verwachtingen.
Ja, wat is er gebeurd? Ik weet het zelf ook alleen van de verhalen die mij verteld zijn, want ik weet zelf niets van wat er die dag gebeurd is. Ik was met mijn maten aan het mountainbiken in Esbeek. Daar is een van de eerste toertochten van het seizoen. We waren al bijna op ’t eind toen ik ineens viel. Frank, die net achter mij zat, dacht dat ik een stuurfoutje maakte, maar ik bleef liggen en reageerde niet. Al heel snel waren er andere fietsers bij, waaronder een EHBO’er, BHV’ers én een cardioloog van het Elisabethziekenhuis (hoeveel geluk kun je in zo'n situatie hebben!). Zij begonnen samen meteen met reanimeren. Weer een ander belde 112.
Een pick-up truck van de brandweer was als eerste ter plaatse en had een AED apparaat bij. Toen ze me weer een beetje stabiel hadden, ben ik naar het ziekenhuis gebracht. Daar ben ik gedotterd en is er een stent geplaatst. Daarmee was het euvel eigenlijk meteen verholpen en kon het herstel beginnen.
Ik heb een tijdlang wekelijks revalidatie in het ziekenhuis gehad. Daar lieten ze je onder begeleiding flinke inspanningen doen. Hierdoor krijg je weer wat vertrouwen, dat je dit zonder problemen weer aankunt.
Ik heb geluk gehad en ben heel dankbaar dat er snel, adequaat en deskundig gehandeld is. Daardoor is de schade beperkt gebleven.
Mooi! Nu naar het eigenlijke onderwerp. Vroeger had je hier in het dorp wel honderd boeren. En je kunt er niet één opnoemen die niet enkele zeugen had. Van al die zeugenboeren zijn er nu nog maar een paar over, waaronder jij. Hoeveel zeugen heb je?
We hebben 4000 zeugen, maar eigenlijk is dat niet zo belangrijk, het gaat er om de béste biggen te fokken, niet de meeste.
We proberen innovatief te zijn, om ons bedrijf zo goed mogelijk bij de tijd te houden. Daar hoort een bepaalde schaal bij, om dat soort investeringen mogelijk te maken. Zo heb ik altijd al geredeneerd. Op m'n 19e, nu ruim dertig jaar geleden, ben ik van school gekomen. Op dat moment was dit, voor die tijd, al een behoorlijk bedrijf. Onze pa had er toen al voor gekozen om te stoppen met de koeien en zich te specialiseren in de varkenshouderij.
In stappen zijn we gegroeid. Telkens op basis van voortschrijdende nieuwe inzichten op het gebied van huisvesting, gezondheid, efficiëntie noem maar op.
Dat is mijn drijfveer: beter, efficiënter, gezonder. Op dat gebied vooruitstrevend willen zijn, goed bij de tijd. Dan kun je ook een goede kwaliteit biggen aan andere bedrijven leveren en praat je over een hoogwaardige manier van voedsel produceren.
Onze biggen gaan bijna allemaal naar Duitse vleesvarkensbedrijven. Die werken volgens het principe all in - all out. Maar dan niet per afdeling, maar per stal. Die boeren willen dus geen koppel van 80 biggen, maar van 800 biggen tegelijk, van één herkomst, om zo de kans op ziektes te verkleinen. En ja, dat kunnen wij ze bieden.
Minder ziektes betekent ook meer werkplezier en we proberen ook altijd innovatief te zijn in onze werkwijze.
Wat houdt dat voor jouw bedrijf dan bijvoorbeeld in?
Het begint al als je bij ons in het bedrijf komt, dan moet er eerst gedoucht worden en iedereen doet onze bedrijfskleding aan.
We werken met vier verschillende diergroepen:
- de kraamstal,
- de gespeende biggen [voor de al wat grotere biggen die geen moedermelk meer nodig hebben],
- de guste en dragende zeugen, en
- de opfokzeugen [die nog niet volwassen zijn].
Bij elke groep doen we een andere kleur overall en laarzen aan. Bij het wisselen van diergroep kleden we ons iedere keer om.
Zonder infectie geen infectieziekte. Dat is het credo.
Er horen natuurlijk ook allerlei dingen bij zoals goede huisvesting, verwarming en ventilatie.
Een voorbeeld van innovatie en duurzaamheid zijn onze zonnepanelen. Die hebben we 1850 op het dak liggen. [Sjef is destijds de eerste Hooge Mierdse boer die op deze schaal zonne-energie toepast.] Wat blijkt namelijk? De zon gedraagt zich mooi synchroon met de elektriciteitsbehoefte van een varkensbedrijf. ’s Morgens als de zon opkomt, gaat bij ons de lamp aan en draaien er machines. Als de werkdag erop zit, gaat de zon weer onder. Ook in de zomermaanden, als het warmer is en er daardoor meer ventilatiebehoefte is, zijn er meer zonuren.
Ongeveer ⅔ van de opgewekte energie gebruiken we zelf, de rest leveren we aan het net.
Je hoort wel eens klachten dat voor boeren de regels continu veranderen, dat je gedwongen wordt om alles weer aan te passen voordat de vorige investering afbetaald is.
Ja, dit soort dingen frustreert natuurlijk wel eens. Maar doorgaans proberen we er toch een draai aan te geven en de veranderingen om te zetten in kansen. Bijvoorbeeld de Brabant eisen, dit wil zeggen dat de stallen in Brabant in 2024 emissiearm moeten zijn. Onze oudste stal voldoet daar nu nog niet aan maar we willen dat tegelijk met een renovatie gaan verwezenlijken.
De intensieve veeteelt staat de laatste tijd nogal onder druk. Iedereen heeft er een mening over, en vaak toch eentje met een negatieve bijklank. Vind je dat vervelend? Heb je daar last van?
Nee, niet echt. Behalve als er onjuiste beweringen aan te pas komen. Daar kan ik me wel aan storen.
De stikstofuitstoot is bijvoorbeeld zo'n punt van discussie. Hoe kijk jij daar tegenaan?
Alle stallen moeten over twee jaar op luchtwassers zitten. Daarmee gaat onze sector een reductie van 80% bewerkstelligen. Nou, er is geen enkele andere bedrijfstak die tot nu toe al zoveel gereduceerd heeft.
Weet je, over veranderende inzichten en eisen met betrekking tot het milieu (stikstofproblematiek) zijn vaak goede technische oplossingen mogelijk. Anders is het punt over dierenwelzijn. Sommige denken dan aan meer ruimte per varken of varkens bijvoorbeeld buiten uitloop geven. Voor meer oppervlakte per varken zouden er meer stallen gebouwd moeten worden waar volgens mij niemand op zit te wachten. Als je de varkens buiten uitloop geeft, heb je weer geen luchtwasser die de emissies en het fijnstof afvangt. Zie je, die dingen bijten elkaar een beetje.
Het volksgezondheidsaspect is ook zo'n punt. Een aantal jaren geleden hebben de huisartsen hier zich heel bezorgd uitgelaten over MRSA en zoönose. Wij hebben hen toen uitgenodigd om eens op het bedrijf te komen kijken. Ze waren toch wel heel erg onder de indruk van onze hygiënemaatregelen, hoezeer wij ons best doen om ziektekiemen buiten de deur te houden.
Maar de klant, de consument, bepaalt uiteindelijk hoe de varkens in de toekomst gehouden zullen worden. Dan gaan we daar over nadenken. En dan komen daar geheid ook weer oplossingen voor. Nogmaals, ons doel is niet om zoveel mogelijk varkens te houden. Ons doel is goed voedsel produceren. Voedsel dat betaalbaar is, ook voor mensen met een kleine beurs. Een mens is nou eenmaal een omnivoor. In vlees zitten essentiële aminozuren en vitamines.
Er wordt al gauw beweerd dat je al die genoemde problemen kunt ondervangen door de sector drastisch in te krimpen.
Ja, die geluiden hoor ik ook. Voor het klimaat denk ik niet dat het er dan beter op wordt. De footprint van de varkenshouderij en de landbouw in z’n geheel is nergens in de wereld gunstiger dan hier. Het klimaat is gunstig (zonder grote extremen, met voldoende regen), de bodem is hier in onze rivierendelta bijzonder vruchtbaar en de infrastructuur is goed. Afgelopen jaar heeft er in Nederland een saneringsregeling plaatsgevonden, maar de aantallen varkens die hier verdwenen zijn, zijn er in Spanje in 1 jaar bij gekomen.
Een ander facet is dat varkens bij uitstek kringloopdieren zijn. Zij eten de restproducten van de menselijke voedselbereiding. Wij mensen hebben bijvoorbeeld graag friet. De varkens eten de aardappelschillen die overblijven. Enzovoort. En zo maken wij van laagwaardige restanten juist hoogwaardig eiwit (vlees), voor diezelfde mensen.
Een varken produceert ook mest. Dat moet je dan niet associëren met overschotten, met een restproduct. En al helemaal niet met afval. Mest is van bijzonder belang voor het vruchtbaar houden van de bodem. En zo draagt het varken ook op dat terrein bij aan de kringloop.
We kunnen er met z'n allen ook voor kiezen om vegetarisch of veganistisch te gaan leven. Maar hoe bemest je dan de akkers die voor de productie van dat plantaardig voedsel nodig zijn?
Al jaren zijn we met de hele maatschappij op zoek naar een betere balans. En dat is goed en terecht, maar daarin kunnen juist grote, moderne en innovatieve bedrijven een belangrijke rol spelen.
Vandaar dat ik trots ben op wat we doen. Ik kan het iedereen uitleggen. Vooruitstrevendheid is mijn passie. We werken dagelijks aan een kwaliteitsproduct: gezonde biggen, waarmee we een van de schakels zijn naar een lekker stukje vlees… Smakelijk!!